U bent bezig met innovatieve projecten die leiden tot (additionele) duurzame energieproductie in 2023. Mogelijk kunt u bij uw innovatieve investeringen gebruik maken van de subsidie Hernieuwbare Energie.

Doel: besparen op toekomstige subsidie-uitgaven

De subsidie Hernieuwbare Energie beoogt het doel van 16% hernieuwbare energie in 2023 kosteneffectiever te realiseren met innovatieve projecten. Dit moet leiden tot een besparing op de toekomstige uitgaven aan subsidies in het kader van de regeling Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE+). De besparing van een project moet groter zijn dan de subsidie die voor het project aangevraagd wordt.

Komt uw project  in aanmerking voor subsidie Hernieuwbare Energie?

RVO beoordeelt de binnengekomen aanvragen voor subsidie Hernieuwbare Energie op volgorde van binnenkomst. Wanneer uw aanvraag compleet is, is de beoordelingstermijn maximaal 8 weken.

Hernieuwbare energie (of duurzame energie) houdt het volgende in:

-energie geproduceerd met installaties die uitsluitend gebruik maken van hernieuwbare energiebronnen;

-het aandeel energie (in calorische waarde) dat een hybride installatie opwekt uit hernieuwbare bronnen. Hieronder valt ook de voor accumulatiesystemen gebruikte hernieuwbare elektriciteit, maar niet elektriciteit die accumulatiesystemen voortbrengen.

Bronnen van hernieuwbare energie

Hernieuwbare energiebronnen die in aanmerking komen zijn de volgende hernieuwbare, niet-fossiele energiebronnen: windenergie, zonne-energie, aerothermische (lucht), geothermische (bodem), hydrothermische (oppervlaktewater) energie en energie uit de oceanen, waterkracht, biomassa, stortgas, rioolwaterzuiveringsgas en biogas.

Technology Readiness Level (TRL) focus 6 t/m 8

De regeling Hernieuwbare Energie richt zich met name op ontwikkeling en demonstratie, technology readiness level (TRL) 6 t/m 8, maar projecten gericht op TRL 4 of 5 worden niet uitgesloten.

Soort projecten in regeling Hernieuwbare Energie

Binnen de regeling Hernieuwbare Energie kunnen projecten passen die:

-de productie van hernieuwbare energie voor enig kalenderjaar goedkoper maken via technieken zoals genoemd in de Regeling aanwijzing categorieën duurzame energieproductie (de SDE+ aanwijsregeling), hierna: SDE+ technieken

-de opwekking en opslag van duurzame energie combineren

-de opwekking en slimme regeling (smart grids) van duurzame energie combineren op decentraal niveau

-duurzame energie-opties betreffen die niet in de SDE+ zitten én waarop additionele productie haalbaar kan zijn door innovatie. Dit betreft de opties zonnewarmte, kleinschalige (<15 kWp) of niet aan het net gekoppelde zon PV-systemen, ondiepe bodemenergie (<500m) en buitenluchtwarmte (de laatste twee gebruiken warmtepompen als techniek).

Zorg dat uw aanvraag ook voldoet aan de Algemene criteria subsidies energie-innovatie:

Alleen een samenwerkingsverband kan een subsidieaanvraag indienen. In het samenwerkingsverband zit tenminste een ondernemer. Samenwerken wil zeggen dat de deelnemers voor eigen rekening en risico aan het project deelnemen. De samenwerking moet evenwichtig zijn in termen van financiële of inhoudelijke bijdragen aan het project. Is dit niet zo? Dan kan dat leiden tot afwijzing of tot een lagere of onvoldoende score op het rangschikkingscriterium ‘kwaliteit van het project’.

Uitzonderingen zijn:
– Demonstratieprojecten energie-innovatie (DEI), waarin ook een ondernemer alleen een aanvraag mag indienen.
– Early adopterprojecten waarin alleen een samenwerkingsverband van een MKB-ondernemer met minimaal 2 andere eindgebruikers (ondernemingen) een aanvraag indienen.

Uw project moet passen binnen de beschrijving van de programmalijnen of het programma.

U kunt het project niet volledig uitbesteden. De inhuur van derden telt niet als daadwerkelijke samenwerking voor eigen rekening en risico.

Voor alle demonstratieprojecten geldt, dat aan derden verschuldigde kosten maximaal 50% mogen bedragen van de som investeringskosten-referentiekosten.

Projecten mogen niet gestart zijn voordat u de subsidieaanvraag indient. Dat betekent ook dat u nog geen verplichtingen mag zijn aangegaan voor het moment van indiening van de subsidieaanvraag. Dit geldt ook als deze kosten nog niet betaald zouden zijn.

Projecten moeten uiterlijk 6 maanden na de beschikking beginnen.

Uw project moet technisch en economisch haalbaar zijn.

U moet de financiering van uw eigen aandeel in de projectkosten bijna rond te hebben. Dit geldt voor het deel waarvoor u geen subsidie ontvangt.

U moet claims over de werking van een techniek en het economisch perspectief goed te onderbouwen.

 

Bron: RVO